De toenemende vraag naar predictief onderhoud en de opkomst van de digitale fabrieken heeft gevolgen voor alle spelers binnen de keten van aandrijftechniek. Vooral op het mkb is de impact groot; om te overleven worden zij in toenemende mate gedwongen aansluiting te zoeken bij ecosystemen van wereldwijde spelers.
Dit meldt ABN AMRO in het rapport ‘Aandrijftechniek: digitalisering is motor achter ketenconsolidatie’. De Nederlandse markt voor elektrische aandrijfsystemen telt ruim 300 bedrijven. Deze partijen zijn gezamenlijk goed voor een jaaromzet van 1,5 miljard euro.
Sensoren en data spelen een steeds grotere rol in de aandrijftechniek. Zo streven grote afnemers als industriële producenten en machinebouwers naar een steeds hogere efficiëntie, minder stilstand en lagere onderhoudskosten. In de praktijk betekent dit dat onderhoud bij voorkeur pas wordt uitgevoerd als het echt nodig is, in plaats van periodiek. Dit wordt ook wel predictief onderhoud genoemd.
Wat de vraag naar predictief onderhoud aanwakkert is het tekort aan technisch personeel en de hoge kosten van goede onderhoudsmonteurs. Door een gebrek aan vaklieden stoten fabrieken steeds vaker hun eigen technische dienst af. Ook wordt onderhoud aan machines steeds complexer door de aanwezigheid van veel elektronica en IT-componenten. Door predictief onderhoud te omarmen is onderhoud beter in te plannen, zodat het eenvoudiger kan worden uitbesteed aan gespecialiseerde partijen.
Om deze vorm van onderhoud mogelijk te maken, zijn slimme aandrijfsystemen nodig die via sensoren data verzamelen, analyseren en interpreteren. ABN AMRO waarschuwt dat deze gebruiksdata bij veel mkb’ers ontbreken. Grote internationale fabrikanten investeren tegelijkertijd volop in sensoren, simulatiesoftware en big data analyses. Zij hebben volgens ABN AMRO een steeds grotere voorsprong op kleinere spelers in de branche.
Voor spelers in de rest van de keten zoals groothandelaren, aandrijfspecialisten, systeemintegrators en onderhoudsbedrijven vallen door deze verschuiving taken weg of verandert de aard van hun activiteiten. ABN AMRO stelt dat veel partijen om te overleven zullen moeten samengaan met partijen binnen en buiten de eigen branche. Tegelijkertijd wordt het noodzakelijke ‘intensieve partnerschappen’ aan te gaan met grote fabrieken van aandrijvingen.
David Kemps, Sector banker Industrie van ABN AMRO wijst op de hoge kosten voor het mkb, en stelt dat zij zullen moeten aanhaken bij het ecosysteem van wereldspelers om te overleven. “Voor grote internationale spelers zal de consolidatie verder versnellen, met als gevolg dat de markt wordt gedomineerd door een klein aantal zeer grote spelers. Voorwaartse integratie is voor het mkb daarentegen zeer kostbaar. Om te overleven, moeten zij aanhaken bij het ecosysteem van wereldspelers”, aldus Kemps.
“Zo evolueert de branche van een keten van onafhankelijke bedrijven naar een ecosysteem rond internationale fabrikanten. Groothandelaren, aandrijfspecialisten, systeemintegrators en onderhoudsbedrijven kunnen zo meeliften op gebruiksdata, digitale technieken en systemen van grote spelers. Zo krijgen ze de kennis, ervaring en technische ondersteuning om klantspecifieke oplossingen te leveren met meer toegevoegde waarde.”
Het rapport ‘Aandrijftechniek: digitalisering is motor achter ketenconsolidatie’ is beschikbaar op de website van ABN AMRO.
Auteur: Wouter Hoeffnagel